't kaboutertje


Daar liep een klein kaboutertje
In 't groote bos
Het zong een vrolijk liedje
En stampte er flink op los
Het liedje dat hij zong was zo:
Hojo, Hojo, Hojo, Hojo
De hele wereld weet het allang
Ik ben voor niemand bang

Maar zie daar kwam een bijtje aan
Het zweefde van een bloem
Hij gonsde op de zanger aan
Van zoem, zoem, zoem
Ach help, zo klonk het nu door het bos
En het ventje verstijfde over het mos
Een bij, een bij ze doet me kwaad
Och help ik weet geen raad.